Eindopdracht

​

Geen één stad is hetzelfde. Elke stad is anders. Elke stad ziet er dus ook anders uit. Maar als je goed gaat kijken naar een stad en zijn plattegrond zal je zien dat er ook een heleboel dingen hetzelfde zijn. Als je van het stadscentrum de stad uit loopt door alle verschillende wijken zal je zien dat de bebouwing en de type huizen op dezelfde manier veranderen. Wanneer de overeenkomsten groot zijn kun je een model maken. Een model waaraan je verschillende steden kunt toetsen.

Voor deze opdracht ga je zelf een plattegrond van een stad tekenen. Bij de plattegrond ga je informatie geven over de verschillende wijken die je in je stadsplattegrond hebt getekend.

Je mag je zelfbedachte stad helemaal zelf bedenken. Je stad moet alleen wel logisch getekend zijn. Je stad voldoet aan de indeling die je ook in de meeste steden in Nederland vindt.

​

Opdracht:

Je krijgt van de docent een A3 met daarop een stuk platteland getekend. Op deze 'kaart' zijn wegen, rivieren en boerderijen te vinden. De grote vierkanten zijn boerenpercelen, zoals akkers en weilanden.

​

Elke week werk je aan de stad en teken je de wijk die in de geschiedenis van de stad is ontstaan. Je begint met het ontstaan van de stad, de historische binnenstad en je eindigt met de meest recente (de nieuwste) wijk: een vinexwijk.

Let op! Begin niet te groot, zodat je ruimte laat voor de wijken die de komende weken gaan komen.

​

Klik op de onderstaande link voor het juiste onderdeel van de stad:

​

• Historische binnenstad

• 19de-eeuwse arbeiderswijken

• Hoogbouw in het groen

• Laagbouw jaren 70/80

• Vinex-wijk

​

​

​

​

​