Ontwikkeling
Begrippen:
(HAVO leert ook de
begrippen van VMBO-T,
VWO van zowel VMBO-T als HAVO)
VMBO-T/HAVO/VWO:
Mainport
Achterland
Vestingplaatsfactoren
Distributieland
Infrastructuur
Video: De groei van de Rotterdamse haven
Kaart van de Rotterdamse haven
GB 92A
GB 61B
GB 67A
Video: Transportreport Betuwelijn
Toegangspoort van Europa
Leervragen:
VMBO-T:
-
Welke vestingsplaatsfactoren zijn voor Nederland belangrijk?
-
Waarom heeft Nederland een gunstige ligging?
-
Waarom is het achterland van Nederland belangrijk voor onze welvaart?
-
Waarom kan Nederland beter een kennisland zijn dan een distributieland?
HAVO/VWO:
-
Hoe is Rotterdam verbonden met het achterland?
-
Waarom is Rotterdam een sterkere mainport dan bijvoorbeeld Antwerpen?
-
Waarom wordt het steeds moeilijker om onze rol als distributieland vol te houden?
-
Waarom vestigen internationale bedrijven zich graag in Nederland?
Opdracht A
15 minuten
Bekijk de video 'De groei van de Rotterdamse haven' en beantwoord de volgende vragen.
1. Hoe is de Rotterdamse haven 400 jaar geleden begonnen?
2. Wanneer veranderde de functie van de Rotterdamse haven?
3. Welke grondstof werd toen vooral aangevoerd?
4. De schepen worden te groot om de haven nog te bereiken. Wat wordt er daarom aangelegd?
5. Hoe worden de grondstoffen naar Duitsland doorgevoerd?
6. Wat zit er in de meeste opslagtanks in de haven van Rotterdam?
7. Van aardolie kun je benzine maken. Zoek op internet op wat er nog meer van aardolie wordt gemaakt.
8. Wat veranderde er 50 jaar geleden in de scheepvaart?
9. Waar komt het schip vandaan wat je nu in de video ziet?
10. Wat is overslag?
11. Waarom is het gebruik van een container bij overslag zo gemakkelijk?
12. Hoe 'reizen' de containers verder?
13. Er is geen ruimte meer om alle containers op te slaan. Hoe wordt dat opgelost? Hoe noemen we de nieuwe containerhaven?
14. Bekijk de kaart van Rotterdam uit de video. Zet de nummers 1 t/m 5 onder elkaar in je schrift en vul de legenda in.
Leertekst
Nederland heeft zijn rijkdom vooral te danken aan zijn gunstige ligging. Nederland ligt aan de Noordzee, een van de drukst bevaarde zeeën ter wereld, maar ook aan de monding van twee belangrijke rivieren: de Rijn en de Maas. Rotterdam heeft een diepe haven waar grote schepen kunnen binnen varen. Zo'n belangrijke haven noem je een mainport. Daar worden de goederen overgeslagen en via de rivieren naar het achterland vervoerd. Het achterland is een gebied wat afhankelijk is van een haven.
Opdracht B
15 minuten
Gebruik GB 92A
1. Wat is de grootste haven van Europa?
2. Welke twee belangrijke havens heeft Nederland nog meer?
3. Hoeveel miljoen ton aan goederen wordt er totaal in Nederland vervoerd (in 2010)?
4. Welke landen behoren tot het achterland van de Rotterdamse haven?
Gebruik GB 61B
1. Rotterdam is niet de enigste mainport in Nederland. Welke mainport staat er nog meer op de kaart aangegeven (tip: je mag googlemaps gebruiken)?
2. Welke drie vormen van infrastructuur (gebruik de begrippenlijst) worden op de kaart weergegeven?
3. Welke vier steden zijn er op de kaart aangegeven?
4. Twee steden hebben geen mainports. Welke zijn dat?
HAVO/VWO
5. Waarom zijn deze steden dan toch interessant voor bedrijven?
Leertekst
Nederland is een gunstig land om je bedrijf te vestigen. De redenen om je ergens te vestigen noem je vestigingsplaatsfactoren. Redenen waarom Nederland zo interessant is voor bedrijven zijn:
-
De gunstige ligging
-
Nederland is betrouwbaar (politiek stabiel)
-
Nederland is erg op het buitenland gericht
-
Nederlanders spreken vaak verschillende talen
-
Je betaald in Nederland (als groot bedrijf) weinig belasting
Opdracht C
10 minuten
1. Met welk begrip geef je aan dat een land gespecialiseerd is in transport?
2. Wat bedoelen we met Nederland is betrouwbaar? Zijn er ook onbetrouwbare landen?
3. Veel grote bedrijven hebben in Nederland hun hoofdkantoor. Ook in Amsterdam zie je steeds meer expats. Werknemers uit het Buitenland, die in Amsterdam werken. Welke voordelen heeft Amsterdam?
Opdracht D
20 minuten
Bekijk de video 'Transportreport Betuwelijn' en beantwoord de volgende vragen.
1. Hoe verdient Nederland geld aan het distribueren van goederen?
2. Welk percentage van het BNP verdient Nederland met transport?
3. Wat was de reden om de Betuwe-spoorlijn aan te leggen?
4. Bekijk GB 67A. Waar wordt het Nederlandse spoor vooral voor gebruikt?
5. Wat waren, voordat met met de bouw begon, de kosten voor dit project?
6. Hoe dacht Nederland dat geld terug te verdienen?
7. Welke twee grote nadelen had de aanleg van de Betuwelijn?
Sommige geleerden vinden dat we ons beter kunnen richten op betere opleidingen en kennis. Waarom vinden ze dat?
Opdracht E
15 minuten
Neem de leervragen en begrippen over in je schrift. Zet de betekenis van de begrippen erachter en geef antwoord op de leervragen.
Inhoud
Hoofdstuk 1 Wat is arm en rijk?
Ongelijkheid in arme en rijke landen.
Hoofdstuk 2 Globalisering
Globalisering verandert de wereld
Hoofdstuk 3 Nederland
Nederland: toegangspoort van Europa.