Het verschil tussen zomer en winter

 

Leervragen:

 

VMBOT/H/V

• Welke twee bewegingen maakt de aarde?

• Wat is de stand van de zon ten opzichte van de aarde gedurende een jaar? 

• Wanneer is het zomer op het Noordelijk halfrond en wanneer op het zuidelijk halfrond?

• Waar en wanneer komt de pooldag en de poolnacht voor?

• Waarom komen zomer en winter op lage breedte niet voor?

​

​

Lees de tekst: seizoenen voordat je de opdrachten gaat maken.

Hier staat informatie in die je nodig hebt! 

​

​

​

Opdracht A

Welke twee bewegingen maakt de aarde? 

Waar en wanneer komt de pooldag en de poolnacht voor?

​

Wat ga je doen?

• Bekijk de video: dag en nacht

• Beantwoord de vragen

​

1. De aarde maakt twee bewegingen. Welke twee bewegingen zijn dat?

2. De ene beweging gaat veel sneller dan de ander. Zet de juiste beweging bij de juiste tijd:

De aarde draait in 24 uur/365 dagen om zijn as.

De aarde draait in 24 uur/365 dagen rond de zon.

3. Welke beweging is verantwoordelijk voor 'dag en nacht'?

4. Wat veroorzaakt de andere beweging?

5. Hoe ontstaat de poolnacht?

6. In welke maand is er op de Zuidpool een pooldag?

 

Opdracht B

Wat ga je doen? 

• Bekijk de video 'Seizoenen'

• Bekijk de afbeelding: Globe 

​

1. Wanneer de aarde rond de zon draait, krijgt de ene plek soms meer zon dan de andere, hoe kan dat? Tip: bekijk de globe!

2. De dagen worden vanaf de herfst steeds korter, en de nachten langer. Op welke datum is de dag het kortst?

3. Op welke datum is de nacht juist het kortst?

4. In welke maanden is het zomer op het Noordelijk halfrond? 

5. Wanneer is het zomer in Australië?

​

​

De zon staat altijd loodrecht op de evenaar. Maar let op, de aarde staat schuin! De loodrechte stand van de zon beweegt zich daarom tussen de keerkringen. Op het noordelijk halfrond ligt de Kreeftskeerkring en op het zuidelijk halfrond de Steenbokskeerkring. De temperatuur blijft tussen de keerkringen zo goed als gelijk, daarom zijn er geen seizoenen op lage breedte (bij de evenaar).

 

Opdracht C

Wat ga je doen? 

• Vraag aan de docent een werkblad 

• Bekijk de afbeelding: seizoenen

1. Teken op de grote cirkel de aardas, de evenaar, De Steendbokskeerkring, de Kreeftskeerking, en de poolcirkels in.

 

De vier kleine cirkels kun je gebruiken om de seizoenen aan te geven.

2. Teken de positie van de aardas en de evenaar in tijdens de winter, lente, zomer en herfst.

3. In welke twee jaargetijden valt de zon loodrecht in op de evenaar?

 

Klaar?

Wat goed! Je hebt de opdrachten van de les af. 

Heb je antwoord kunnen geven op de leervragen?

Ja: Schrijf de leervragen op en geef in eigen woorden antwoord op de leervragen.

Nee: Schrijf de leervragen die je nog niet begrijpt op en geef deze aan de docent. Hier krijg je volgende les extra uitleg over!

​

Huiswerk

Heb je de opdrachten van de les nog niet af? Maak deze thuis af.